dinsdag 10 februari 2015

Dwalend proza

Dwalend proza
Hersensprookjes - Teksten
Geschreven door mobar   
zondag, 24 juli 2011 21:58
Middels door Mobar geschreven dwalend proza, krijgt de lezer een inzicht
in het vervreemde leven van Florian van Driesteveld, een eenzame wolf,
die het voor elkaar kreeg zijn hele leven onzichtbaar te blijven.


 Groot huis, klein dorp
Hersensprookjes - Teksten
Geschreven door mobar   
maandag, 14 juni 2010 17:44

6 juli 2019

Arnold Roodkop, de bekende schilder was een tijdlang in een groot huis in een klein dorp gaan wonen. Hij had zich uitgeleefd op grote doeken. Arnold had de stuiptrekkingen van zijn rijkdom vastgelegd door middel van de schilderkunst. Alle spullen op de schroothoop, het hele huis ontruimd. Hij had alle ruimte van de wereld, om de kwasten te laten spreken. Door zich onbevangen te bewegen had hij de schilderkunst een dienst bewezen. Hij had de enorme doeken met kastelen beschilderd, op een onbetaalbare wijze, met grootse gebaren van weemoed, wanhoop en hunkerend verlangen. Met de ingehouden spanning van het meest intense verlangen. De bevrijding van het libido van de ziel. Arnold Roodkop had er boeken over gelezen, en hij begreep de uitingen. Uitingen van heimwee naar het grootvorstelijke geloofseigendom van een persoonlijke God.
Een God die zich bloot zou geven, op het moment dat de ezels van het dorp,
en de gekke vrouw van de burgermeester vrede zouden sluiten met het daglicht.
Het daglicht dat naar de Noorderzon was vertrokken en alleen maar schaduw had achtergelaten. Trieste droef mooie schaduw, te onbekommerd voor de nacht van herleven, te pril nog voor de toekomst. Het daglicht dat zich slechts liet lezen als gedicht, in een groot huis in een klein dorp, bekommerde Arnold zich om de kwasten.
 

 
 Gewoon weer pet
Hersensprookjes - Teksten
Geschreven door mobar   
woensdag, 12 januari 2011 15:39
Slaap je blonde Thomas?
Thomas droomt over stranden, breed van heimwee
en over de dag dat je opnieuw voor liefde bent herboren.
Hij droomt over verlangens, hevige verlangens
Droom je blonde Thomas?
Thomas slaapt in tranen, maar hij wordt wakker.
Hij gaat weer fietsen. De overkoepelende vorm van de bomen
doen de weg langer lijken. Hij rijdt uren door het bos en maakt zich los van de gedachten dat het leven gemakkelijk moet zijn.
De vraag die nog onbeantwoord blijft heeft een mythologische oorsprong. In deze taalfilosofie begint de humor. Een particulier oordeel over twee polaire begrippen. Hij probeert het te begrijpen, de mens bestaat uit vlees, bloed en tranen. Deze beeldspraak heeft de maan overdag gesignaleerd in het gezelschap van een vraagteken. Het voorjaar heeft enige mooie dagen gekend, maar nu de zomer is begonnen volgens de kalender is het weer zoals gewoonlijk in dit regenland gewoon weer pet. Woorden zijn wolken en drijven boven zijn bed. En in de nacht blijft de maan een spiegel die langzaam van vorm verandert. En hij blijft fietsen. Is de maan echter niet van koude steen?
Er is geen landschap in de zon, geen ladder naar een uitzicht. Hij is een gymnast in de lege ruimte, een fietser zonder horizon. Zijn taal brengt zijn heimwee naar leken,vanaf de eerste woorden symboliseert het zonlicht de liefde. Hij is verliefd op haar,op haar naam, op haar dwaze streken. Hij gaat weer fietsen, parkeert zijn ijzeren paard tegen een boom. Hij zoent haar op haar voorhoofd, en geeft haar zijn pet. Zij is bijzonder blij met de pet en zet de pet op haar hoofd.

 
“Kloppen op de hemeldeur” het tikte behoorlijk binnen in jouw hoofd. De roerige jaren zestig hadden je vrijheid gegeven, je experimenteerde met de vrije liefde, geen haar op je hoofd die aan trouwen dacht.
Je woonde in een woonboot, met bonte kleuren beschilderd, en de
wietplanten op de steiger groeiden tot aan dezelfde hemel, als die
Bob Dylan met een kikker in zijn keel bezong.
Er was een meisje met een harp dat dikwijls met je speelde. Op een of andere manier maakte je een snaar bij haar los. En was het een speelse losse snaar.
“Kloppen op de hemeldeur”zong Bob Dylan, maar de mensen kwamen zonder te kloppen bij je op bezoek. Je had altijd wel iets bij de vuilnisbak gevonden, wat mensen weer konden hergebruiken, wanneer ze weinig geld hadden door de extreme prijs van tabak. Een oud tafeltje, een wiebelende stoel, een vage schemerlamp.
Er was een jongen die drumde in een band, die dikwijls muziek kwam maken op het voordek. Op de een of andere manier kleurde jouw hoofd bij zijn trommelstokjes.
Jullie kregen het samen dikwijls op de heupen, dan bakte een van jullie een brandneteltaart, zodat de inwendige honger weer tijdelijk werd gestild.
“Kloppen op de hemeldeur” je wist niet eens of die hemel wel bestond.
Je had al je wapenfeiten begraven, was een expert in het repareren van oude kistjes, en je had ook geleerd om versleten schoenen op te knappen.

“Carmelita hou me steviger vast” zong de Amerikaanse Linda Ronstadt, terwijl je de witte duivel in jouw aderen spoot. Je vriendin had je verlaten omdat je dikwijls in het openbaar jouw broek liet zakken, om aan een gratis overnachting te komen. Een koude politiecel was wat jouw hart begeerde, want daar kon je eindeloos mijmeren over de ware romantiek.
Je had tijdens de feestdagen een lederen cowboybroek gekocht, die je combineerde met een oude indianentooi die je destijds zelf van ganzenveren had vervaardigd. Om je hals droeg je een Indiaanse hanger, die de vrede op aarde symboliseerde. Jouw andere sieraden had je verpatst voor de contante koe.
“Carmelita hou me steviger vast, ik ben helemaal gaar van de witte duivel” zong Linda Ronstadt, het cassettebandje met haar muziek verveelde nooit. “Deventer”, dacht je deze keer hardop, hoe ben ik hier terecht gekomen? Hoe ben ik hier in hemelsnaam terecht gekomen.


“Onbeschrijfelijk verwijfd”, zong de attente Nina Hagen, en je beschouwde het als een protestsong om je onbeschreven stoffig geworden moeder uit de linnenkast te halen.
De feministische golfbeweging had er voor gezorgd dat het recht van de vrouw niet langer het aanrecht was. Jouw moeder sloeg graag een golfballetje weg op de golfbaan die zich uitstrekte tot nog onontgonnen bossen, waar vermoedelijk journalisten, en recensenten van nog niet door het grote publiek ontdekte boeken zich schuil hielden, wanneer moederlief weer de scheur open trok over de discriminatie van vrouwen door de Katholieke kerk.
“Onbeschrijfelijk verwijfd” zong de goed gemutste Nina Hagen, en je verzon erbij dat je moeder van een kakwijf in een punkster veranderde, en dat ze ging trouwen met Herman Brood omdat die zo mooi kon schilderen.
’s Avonds wanneer je eenzaam wandelde in de natuur kwamen er onbewust tranen in je op. Je dacht dan aan het kleine stadje waar je geboren was, als jongetje met een bobbel en gevoel voor humor.
Je liep graag langs de onstuimige rivier van Babylon op weg naar het Hotel California omdat daar een broodheer een afspraak met je had om een reis te boeken naar de Copacabana.
Jij had drie weken op Coney Island gewoond in een flatje naast Lou Reed, maar met je hart van goud had je de stad verruild voor een hutje op de heide, en wanneer je de kans kreeg om naar het Hotel California te gaan, greep je die aan. Want je wilde hoe dan ook Billie Jean, Angie, Valerie, en de danskoningin weer zien om je van de zaterdagnachtkoorts te bevrijden. Je liep door Mac Arthurspark op weg naar een onuitwisbare droom op de pier van de baai, om daar te gaan zitten om de boten voorbij te zien varen.
“Ik kan geen bevrediging vinden, hoe ik het ook probeer” zong Mick Jagger terwijl jij dacht:
het moet niet gekker worden, waarom ben ik weer teruggekeerd naar mijn kamer terwijl ik met jou onder de regenboog had kunnen lopen.
“Ik kan geen bevrediging vinden, hoe ik het ook probeer” zong Otis Redding even later op ongeveer dezelfde melodie.
“Ik kan geen bevrediging vinden, hoe ik het ook probeer” dacht je bij jezelf en je probeerde of je het na kon zingen.
“Ik kan geen bevrediging vinden, hoe ik het ook probeer” klonk het even later door jouw kamer en je besloot mee te doen aan een talentenjacht.
“Ik kan geen bevrediging vinden, hoe ik het ook probeer” klonk het een paar maanden later door de luidspreker van de kleurentelevisie, omdat jij dacht dat je geen bevrediging kon vinden, maar de jury dacht daar anders over, en durfde jou te vergelijken met de popsensatie Justin Bieber, hetgeen je ze niet in dank afnam.

 
© Copyright Henk van Dijk

Geen opmerkingen:

Een reactie posten