woensdag 11 februari 2015

Uit het dagboek van Hubert Stuipje

Uit het dagboek van Hubert Stuipje
Hersensprookjes - 2006 - 2009
Geschreven door mobar   
dinsdag, 04 mei 2010 00:33
Leetsaktsrov
December 2033



Ik vertel gewoon alles aan Florian van Driesteveld. Ook als hij niet luistert, omdat
er niemand op aarde geïnteresseerd is in de verhalen van een homoseksuele
woorden zwerver, die luister naar de naam Hubert Stuipje en die worstelt
met het leven. Mezelf zijn was iets wat voorheen totaal onmogelijk was gebleken.
Maar het kon dus eindelijk. Ik genoot met volle teugen van de intellectuele vrijheid die mij had verlost
uit mijn klein burgerlijk bestaan. Een bestaan dat mijn geest jarenlang had gemarteld
met schuldgevoelens over de kleinste onnozele dingen.

Ik begrijp wel dat Florian niet meer luistert, ik zie hem, ik voel hem, ik omschrijf hem. Hij is mijn vlees geworden fictie, de droom geworden nachtmerrie.
Hij is de ridder met het piemeldier, de niets ontziende heerser in al mijn droeve gedachten
in duisternis bekneld. Maar ik, Hubert, ik ga voor hem op mijn knieën dat is een ding wat zeker is.
En hij mag mij op mijn billen slaan zodat ik de billenkoek van mijn moeder kan vergeten.
Hij mag alles met mij doen wat ik zelf niet kan laten, zolang hij mij maar in mijn waarde laat.

Ik, Hubert Stuipje, ik begrijp heel goed dat Florian van Driesteveld nooit meer luistert, naar de stilte van mijn zwijgende natuur. Ik ervaar Florian als de enige werkelijk ter zaken
doende ziel hier op aarde omdat hij altijd zichzelf is en ooit beweerd heeft dat hij mij kon begrijpen.

Ik ben hem heerlijk toegenegen.Ik huiver hevig in zijn ziel als het meeldraadje
van een prachtige narcis tijdens een langdurige lente.

Hij, Florian van Driesteveld, is mijn vlees geworden nachtmerrie.
Hij is de eerzame ridder met het dwangmatige piemeldier die publiekelijk mijn libido
liet ontwaken door een subtiel likje  over de eikel van mijn fraai gevormde trouwhartige liefdespenseel waardoor ik zachtjes moest kreunen met mijn ziel ter hartstochtelijke aanroeping
van een kudde olifanten in Afrika waar de zon, de hitte overdreef en ik in zomers rokje
tijdens waanzinnige dromen overbleef om fluit te spelen in de warme wind, als zonnekoning, hemels kind.

Maar de droom verwaaide en het bleef alsmaar herfst, de lente verstoten, en de bomen
bleven kaal en ik droeg mezelf op  om in de droomwereld terug te keren, zonder liefde, zonder aandacht,alleen met het zielsvormende geluk van mijn verlangende hunkerdromen, die ik
met stille heimwee koesterde.
Het is nu december 2033 in het Russische dorpje Leetsaktsrov, ik ben alleen, en ik begrijp niet waarom ik dit allemaal schrijf.

……
 
© Copyright Henk van Dijk

Geen opmerkingen:

Een reactie posten